Hoi vriendjes vriendinnetjes en andere geintresseerde.
Ik kan me niet zo goed meer herrineren wanneer ik voor het laatste 15 min. niks heb gedaan en zodoende ook geen tijd gehad om wat te schrijven. Als ik begin heb ik ook meteen een hoop te vertellen, maar ik hoop het volgende week te doen, de laatste week voordat ik lekker drie weekjes vakantie ga vieren.
Mijn intervieuws gingen beter, maar ik kwam er ook achter dat door de vragen die ik stelde ik een hele hoop info kreeg die intressant zijn als context, maar niet mijn onderzoeksvraag beantwoorden. Eugenlijk kwam ik er achter dat de wijze waarop ik probeerde mijn onderzoeksvraag te beantwoorden niet de juiste was en niet conform de mooie theorie die ik heb uitgezet. Een hele hoop gestress verder - vandaag moet ik een working paper inleveren - heb ik een hoop van mijn werk herschreven en een aantal weker werk alhier als nutteloos bestempeld. Beetje pijnlijk, ook pijnlijk dat ik dus hier en daar andere informatie uit de interviews had moeten halen en ik nu dus niet heel erg ben opgeschoten, behalve dat ik een 'betere' visie heb op wat te doen in September. Nog 1 maand om het verkeerde pad wat ik was ingeslagen goed te maken.
Onderzoek gaat misschien iets minder, maar het leerproces (en daar gaat het toch om) is er zeker niet kleiner door.
Verder gaat alles goed met me, het leven beschouw ik hier langsamerhand als normaal. En tussen het stressen door zie ik zo af en toe nog wat fijne reactie van vrienden, waar ik hopelijk binnen kort op kan reageren.
Oja, gister al vast mijn verjaardag gevierd - aangezien ik hier vrijdag niet ben - met Hellen, Andrew, broer, zus en twee vrienden van.... Super cool. Uit eten geweest met een enorme zoete verjaardagstaart en een kenya/safari t-shirt als cadeau.
Tot binnenkort.
woensdag, juli 27, 2005
maandag, juli 18, 2005
Intervieuw technieken, iemand?
Precies een week verder, weer een week, want ze gaan hard tegenwoordig. Tevens een week waarin het echt werk is begonnen, ietsje stress voller en minder succes voller dan verwacht, maar zodoende leert men weer voor de toekomst.
Het begon er mee dat ik maandagochtend in het Intercontinal 5-sterren hotel zat bij de opening van een driedaagse conferencie over de regionalisering van biotechnologisch beleid in Oost-Afrika. Anyway tijdens de koffie break kwam ik in gesprek met een Ugandees die een enigsinds belangrijke rol heeft gespeeld in mijn onderzoek, maar waarbij ik me had neergelegt dat ik hem niet zou spreken, aangezien Kampala niet om de hoek ligt. Nu kan ik hem de volgende dag interviewen, tja daar was ik niet geheel op voorbereid, dus als een gek een de interview vragen voorbereiden. ’s Avonds borrelen met al deze senior onderzoekers (meteen nog een belangrijk interview gestrikt J It’s all about networking) De ochtend daarna verder de vragen voorbereiden en toen weer naar het Interconinatal, waar ik om 17.15 het interview zou hebben. Maar een klein groepje had nog nabespreking, waaronder de persoon die ik moest hebben. Goed om 19.30 (!) komen ze uit de zaal en hij is weg?! Christ ik heb hem gemist en is het blijkbaar vergeten....grrr...
- ’s Avonds toch nog naar de MCK clubavond gegaan waar ik tijdens de centrale aankondiging van nieuwe events werd ‘bedankt’ voor de mooie traditionale lead clinb die ik twee dagen daarvoor had gedaan. Hihi tja ... dat was ook weer niet nodig.
Woensdag ochtend bezig met de vragen voor mijn interview van donderdag en ’s middags weer naar dat hotel want rond lunchtijd zou ik nog een laatste kans hebben die Ugandees te pakken te krijgen voordat ie terug de grens over gaat. Goed dat werd een chaotisch interview tijdens een verrukelijke lunch. Ik wist de structuur van mijn interview – die methodologisch van belang is – niet vast te houden, mede door een lichte deintereese voor sommige vragen. Meteen het interview verwerkt en vol gooien moed en een vernieuwde strategie gan ik donderdag naar mijn volgende interview. Zorvuldig probeer ik deze proffesor – echt een spil in ‘mijn’ te onderzoek netwerk – uit te leggen hoe ik mijn interview wil opbouwen en waarom, maar daar ben ik nog niet mee klaar (nog geen vraag gesteld) en hij verteld dat ik me egens anders op moet focussen en verteld me wat voor mij intressant is om te weten. Ja maar.... nee.... Leuk ja mijn vragen bleven onbewogen op tafel liggen terwel ik ad-hoc er nog het meest intressante uit te halen. Zeer nuttige, maar niet geheel de gewenst info verder, matatu ik iets wat gedesilusioneerd naar mijn kantoortje. Karig!!! Daar verwerk ik het interview en probeer ik opnieuw mijn strategie en vragen voor de vrijdag de verzinnen. Door de tijdsdruk niet de bus genomen en pas om 19.30 richting huis vertrokken, (das best een beetje lang als je om 8.00 begint)
Vrijdag ochtend, poging drie... Ik had al begrepe dat dit een hele goede, aardige, welwillende, gepasioneerde man moest zijn met een groot hard voor zijn werk. Ik begin uit te leggen dat mijn vorige twee interviews niet geheel liepen zoals ik dat graag gezien had en stop nog meer tijd in het uitleggen van de opbouw van mijn vragen. Joepie het werkt!!!! Een zeer gestructureerd interview waar ik de antworden zo krijg gepresenteerd als ikda graag zie. J
Die avond was ik gesloopt en mijn volgende week ziet er weer netzo uit. Dit weekend had ik het plan naar mt Kenya te gaan, maar de tijd was te kort, helaas. Zaterdag ging er wel een groep klimmen dus me daar maar bij gevoegd. In princiepe werden er top rope touwen uitgehangen, dus niet veel voor geklommen. Wel aardige routes, waarbij eentje met heerlijk kleine vingerrandjes. 6b(+) ofzo. In ieder geval moelijk zat om de overige klimmers aan de grond te houden. Toch wilde ik graag nog een traditionele klim doen (ik krijg de smaak te pakken) en iemand had net zijn kompleet nieuwe set matriaal bij zich. De route die ik uit koos was wellicht niet zo moeilijk (5c/+?) Maar wel zo spannend. Het begon als nut cracker in een hoekversneiding (van 90 graden) en eindigde na 5 meter in een dak van twee meter. Deze kon je shuin naar achter via een crack uitklimmen waar bij je aan redelijke randjes een beetje ongelukkig achter overhangt en ik een eind moet reiken (afblokken – sorry voor de termology) om de enige doch crusiale friend die ik bij me heb te plaatsen. Iets veiliger durf ik me voorbij het dakje te tillen en volgt er via die crack een makelijk uitklim. Boven aan stond er gelukkig een mooie boom waar ik me aan vast kon maken en kon de sterke doch technisch niet al te behendige zuid-Amerkaan zich door de route sleuren. Ik was al een tijdje aan het genieten van de omgeving toen zijn lijkbleke gezicht boven de rand uit stak. Dat vond ie toch een beetje een heftige en enge beklimming, misschien niet zozeer qua kwacht als wel mentaal.
Ik ben nu wel redelijk gewent dat ik op verschillende lokaties de enige blanken ben en als ik niks met de MCK doe en niet rond wandel bij mijn office kan ik zo een paar dagen geen blank persoon zien (toeristen zie je niet veel in Nairobi). Het gevoel dat je die ene blanke bent is dan ook wel weg. In de buurt waar ik woon hebben de meeste mee ook al vaker gezien. Maar nou ging ik vanochtend met Andrew mee onder het motto dat ik wil weten wat hem bezig houd in het leven. Wat vraag je je af: de zondags mis. Daar gaat hij bijna elke week heen. Hellen bijna nooit, terwijl die nog iets geloviger lijkt dan Andrew... al zijn ze bijde behoorlijk progressief om ze maar in dat soort kaders in te delen. Tja daar zit je dan in een propvolle met honderden Kenianen gevulde nieuwe moderne hartvormige (!) katolieke kerk. [Als je overigens een modern gebouw ziet staan in Kenia is het altijd een kerk!] Ik kreeg weer even het idee dat ik licht begon te geven in deze enorme massa. Ondanks dat Andrew me vertelde dat dit niet een hele ‘uitbundige’ kerk was had het naar mijn idee toch een hoog dans, klap, zing gehalte. Behalve met het verheerlijken van de heilige drie-eenheid en krijsjes op mij borst slaan doen mee met het staan,z itten, staan, klappen, zitten, knielen, staan met je armen zwaaien etc. Het verhaal wat op een gegeven moment door de priester (of wat het ook was) werd afgestoken, was naar wat ik er van weet (weinig) erg typerend. De aanwezige massa werd zeer duidelijk gemaakt dat ze niet volmaakt is, niet tevreden mag zijn met zichzelf en haar/zijn omgeving en dus vooral moet blijven geloven en terug keren tot de kerkbankjes. God, je zou er een complex van kunnen krijgen als je er in gelooft. Maar dat is geloof ik ook de bedoeling, toch?! Gebeurt dit in Nederland ook nogsteeds zo, of heb ik gewoon echt geen kerkgangers in mijn omgeving die deze blog lezen. (niet onwaarschijnlijk).
Tevens probeerde ik in mijn geheugen te graven of ik weel eens eerder bij een zondagmis in de kerk was geweest.... wellicht, maar kan het me in ieder geval niet meer herrinneren. (Het zal wel niet zoveel indruk hebben gemaakt)
De rest van de dag niet zoveel gedaan, heb dan ook behoorlijk last van mij rug en knie. Maar verder zit ik wel lekker in mijn vel, al begin ik stiekem wel eens mijn nederlands vriendjes en vriendinnetjes te missen. Of het gewoon lekker nederlands kletsen of je te bevinden ‘onder de nederlandse cultuur’ Best leuk hoor zo’n cultural exposure, maar afwisseling blijft belangrijk (voor mij)
Jammer genoeg heb ik niet al te veel tijd om te lezen, meestal zit er 3.5 uur tussen de tijd dat ik thuis kom en wil slapen en daarin moet ook nog gegeten, gesocialized en evt geshopt en gekookt worden. En mocht ik dan nog een halfuurtje voor mijzelf hebben, dan ben ik meestal te moe om mijn ogen open te houden.
Vele van jullie een prettige vakantie toegewenst overigens.
Ciao
Het begon er mee dat ik maandagochtend in het Intercontinal 5-sterren hotel zat bij de opening van een driedaagse conferencie over de regionalisering van biotechnologisch beleid in Oost-Afrika. Anyway tijdens de koffie break kwam ik in gesprek met een Ugandees die een enigsinds belangrijke rol heeft gespeeld in mijn onderzoek, maar waarbij ik me had neergelegt dat ik hem niet zou spreken, aangezien Kampala niet om de hoek ligt. Nu kan ik hem de volgende dag interviewen, tja daar was ik niet geheel op voorbereid, dus als een gek een de interview vragen voorbereiden. ’s Avonds borrelen met al deze senior onderzoekers (meteen nog een belangrijk interview gestrikt J It’s all about networking) De ochtend daarna verder de vragen voorbereiden en toen weer naar het Interconinatal, waar ik om 17.15 het interview zou hebben. Maar een klein groepje had nog nabespreking, waaronder de persoon die ik moest hebben. Goed om 19.30 (!) komen ze uit de zaal en hij is weg?! Christ ik heb hem gemist en is het blijkbaar vergeten....grrr...
- ’s Avonds toch nog naar de MCK clubavond gegaan waar ik tijdens de centrale aankondiging van nieuwe events werd ‘bedankt’ voor de mooie traditionale lead clinb die ik twee dagen daarvoor had gedaan. Hihi tja ... dat was ook weer niet nodig.
Woensdag ochtend bezig met de vragen voor mijn interview van donderdag en ’s middags weer naar dat hotel want rond lunchtijd zou ik nog een laatste kans hebben die Ugandees te pakken te krijgen voordat ie terug de grens over gaat. Goed dat werd een chaotisch interview tijdens een verrukelijke lunch. Ik wist de structuur van mijn interview – die methodologisch van belang is – niet vast te houden, mede door een lichte deintereese voor sommige vragen. Meteen het interview verwerkt en vol gooien moed en een vernieuwde strategie gan ik donderdag naar mijn volgende interview. Zorvuldig probeer ik deze proffesor – echt een spil in ‘mijn’ te onderzoek netwerk – uit te leggen hoe ik mijn interview wil opbouwen en waarom, maar daar ben ik nog niet mee klaar (nog geen vraag gesteld) en hij verteld dat ik me egens anders op moet focussen en verteld me wat voor mij intressant is om te weten. Ja maar.... nee.... Leuk ja mijn vragen bleven onbewogen op tafel liggen terwel ik ad-hoc er nog het meest intressante uit te halen. Zeer nuttige, maar niet geheel de gewenst info verder, matatu ik iets wat gedesilusioneerd naar mijn kantoortje. Karig!!! Daar verwerk ik het interview en probeer ik opnieuw mijn strategie en vragen voor de vrijdag de verzinnen. Door de tijdsdruk niet de bus genomen en pas om 19.30 richting huis vertrokken, (das best een beetje lang als je om 8.00 begint)
Vrijdag ochtend, poging drie... Ik had al begrepe dat dit een hele goede, aardige, welwillende, gepasioneerde man moest zijn met een groot hard voor zijn werk. Ik begin uit te leggen dat mijn vorige twee interviews niet geheel liepen zoals ik dat graag gezien had en stop nog meer tijd in het uitleggen van de opbouw van mijn vragen. Joepie het werkt!!!! Een zeer gestructureerd interview waar ik de antworden zo krijg gepresenteerd als ikda graag zie. J
Die avond was ik gesloopt en mijn volgende week ziet er weer netzo uit. Dit weekend had ik het plan naar mt Kenya te gaan, maar de tijd was te kort, helaas. Zaterdag ging er wel een groep klimmen dus me daar maar bij gevoegd. In princiepe werden er top rope touwen uitgehangen, dus niet veel voor geklommen. Wel aardige routes, waarbij eentje met heerlijk kleine vingerrandjes. 6b(+) ofzo. In ieder geval moelijk zat om de overige klimmers aan de grond te houden. Toch wilde ik graag nog een traditionele klim doen (ik krijg de smaak te pakken) en iemand had net zijn kompleet nieuwe set matriaal bij zich. De route die ik uit koos was wellicht niet zo moeilijk (5c/+?) Maar wel zo spannend. Het begon als nut cracker in een hoekversneiding (van 90 graden) en eindigde na 5 meter in een dak van twee meter. Deze kon je shuin naar achter via een crack uitklimmen waar bij je aan redelijke randjes een beetje ongelukkig achter overhangt en ik een eind moet reiken (afblokken – sorry voor de termology) om de enige doch crusiale friend die ik bij me heb te plaatsen. Iets veiliger durf ik me voorbij het dakje te tillen en volgt er via die crack een makelijk uitklim. Boven aan stond er gelukkig een mooie boom waar ik me aan vast kon maken en kon de sterke doch technisch niet al te behendige zuid-Amerkaan zich door de route sleuren. Ik was al een tijdje aan het genieten van de omgeving toen zijn lijkbleke gezicht boven de rand uit stak. Dat vond ie toch een beetje een heftige en enge beklimming, misschien niet zozeer qua kwacht als wel mentaal.
Ik ben nu wel redelijk gewent dat ik op verschillende lokaties de enige blanken ben en als ik niks met de MCK doe en niet rond wandel bij mijn office kan ik zo een paar dagen geen blank persoon zien (toeristen zie je niet veel in Nairobi). Het gevoel dat je die ene blanke bent is dan ook wel weg. In de buurt waar ik woon hebben de meeste mee ook al vaker gezien. Maar nou ging ik vanochtend met Andrew mee onder het motto dat ik wil weten wat hem bezig houd in het leven. Wat vraag je je af: de zondags mis. Daar gaat hij bijna elke week heen. Hellen bijna nooit, terwijl die nog iets geloviger lijkt dan Andrew... al zijn ze bijde behoorlijk progressief om ze maar in dat soort kaders in te delen. Tja daar zit je dan in een propvolle met honderden Kenianen gevulde nieuwe moderne hartvormige (!) katolieke kerk. [Als je overigens een modern gebouw ziet staan in Kenia is het altijd een kerk!] Ik kreeg weer even het idee dat ik licht begon te geven in deze enorme massa. Ondanks dat Andrew me vertelde dat dit niet een hele ‘uitbundige’ kerk was had het naar mijn idee toch een hoog dans, klap, zing gehalte. Behalve met het verheerlijken van de heilige drie-eenheid en krijsjes op mij borst slaan doen mee met het staan,z itten, staan, klappen, zitten, knielen, staan met je armen zwaaien etc. Het verhaal wat op een gegeven moment door de priester (of wat het ook was) werd afgestoken, was naar wat ik er van weet (weinig) erg typerend. De aanwezige massa werd zeer duidelijk gemaakt dat ze niet volmaakt is, niet tevreden mag zijn met zichzelf en haar/zijn omgeving en dus vooral moet blijven geloven en terug keren tot de kerkbankjes. God, je zou er een complex van kunnen krijgen als je er in gelooft. Maar dat is geloof ik ook de bedoeling, toch?! Gebeurt dit in Nederland ook nogsteeds zo, of heb ik gewoon echt geen kerkgangers in mijn omgeving die deze blog lezen. (niet onwaarschijnlijk).
Tevens probeerde ik in mijn geheugen te graven of ik weel eens eerder bij een zondagmis in de kerk was geweest.... wellicht, maar kan het me in ieder geval niet meer herrinneren. (Het zal wel niet zoveel indruk hebben gemaakt)
De rest van de dag niet zoveel gedaan, heb dan ook behoorlijk last van mij rug en knie. Maar verder zit ik wel lekker in mijn vel, al begin ik stiekem wel eens mijn nederlands vriendjes en vriendinnetjes te missen. Of het gewoon lekker nederlands kletsen of je te bevinden ‘onder de nederlandse cultuur’ Best leuk hoor zo’n cultural exposure, maar afwisseling blijft belangrijk (voor mij)
Jammer genoeg heb ik niet al te veel tijd om te lezen, meestal zit er 3.5 uur tussen de tijd dat ik thuis kom en wil slapen en daarin moet ook nog gegeten, gesocialized en evt geshopt en gekookt worden. En mocht ik dan nog een halfuurtje voor mijzelf hebben, dan ben ik meestal te moe om mijn ogen open te houden.
Vele van jullie een prettige vakantie toegewenst overigens.
Ciao
maandag, juli 11, 2005
THE MOST INSANE THING
Als of het leven nog niet gek en goed genoeg was!!! Ik hou van dit land en van zijn enorme mogelijkheden. Zoals te lezen, was afgelopen week al echt briljant, waardoor een volgend weekend bijna wel een domper moest worden, maar nee hoor...... Dit wordt misschien weer een wat technisch verhaal aangezien dit weekend nogal in het teken van klimmen kwam te staan. Zaterdag ging ik met Erik opstap om te boulderen achter de Ngong Hills (Prachtige bergen om te wandelen, maar je hebt wel 1 of 2 bewapende bodycards nodig als je het van plan bent) in de Rift Valley. Vanaf het moment dat je van de Hills de Valley indaalt wordt de weg nogal beroert en zodoende konden Erik en ik weer eens rustig bijkleppen over van alles en nog wat.
Ik had al twee weken niet gesport (hoewel het fietsen van afgelopen week dicht in de buurt van (top)sport kwam) en dan valt boulderen enorm zwaar op je lichaam. Er liggen hier ongeveer 20 mooie blokken aan de voet van een kilometers lange soms 50 meter hoge rots wand. Maar goed ik zal niet te veel in detail treden over alle harde boulder bewegingen, maar we hebben meer dan de helft van de dag besteed aan 1 misschien 10 beweging tellende bouder. Uiteindelijk is dit pracht probleem me net niet gelukt, erik wel en schatte dat het een 7a boulder zou zijn. Anyways ik was totaal gesloopt, ik had nog amper huid op mijn vingertoppen en ik was ’s avonds geestelijk en lichaamlijk helemaal leeg (wat echt verukkelijk was) om vervolgens de volgende ochtend doodleuk naar dezelfde plek terug te keren!!!!
Haha, dit keer met 15 mensen van de MCK. Mijn vingertoppen snapte het niet meer en bouderen ging moeizaam, maar dit maal had Erik al zijn klimspullen bij zich, alleen was hij zelf (ook) te moe om die, naar later bleek 45 meter hoge crack in te gaan. Maar er was een slecht engels sprekende Itiliaans uitziende spanjaard die wel met me mee wilden. Later bleken er wel meer mensen willen te klimmen, maar niemand durfde voor te klimmen, hetgeen geheel traditioneel (zelf) gezekerd moest gebeuren. Vol ongeremd vertrouwen ging ik de crack (die ik aanvankelijk 5b/c schatte) in, met god mag weten hoeveel kilo aan matrial. Het volgende uur (iemands anders schatting, want mijn besef van tijd verdween) waren de meest geconcetreerde sinds ... tja sinds wanneer eigenlijk?. Mijn hele wereld speelde zich in deze scheur af. Continu afvragend waar ik mijn voeten zet, waar me handen heen moeten en vooral hoe ik nutjes en friends plaats zodanig dat ik bij een eventuele val ook nog in leven blijf. Een dergelijke bekliming had ik nog nooit gedaan en het vergde daadwerkelijk al mijn mentale en lichamelijke energie. De route werd hier en daar harder dan ik dacht en ik moest met die langsamerhand overgevoelige vingertoppen alles geven wat ik had. (dat ze echt overgevoelig waren merkte ik pas later op) Ik denk dat de route 6a was, maar het is moeilijk te beoordelen, aangezien het continu zelf zekeringen leggen en jezelf in veiligheid brengen de perceptie van die moeilijkheidsgraad doet vervagen. Kompleet leeg kom ik boven en kijk in voor het eerst achter me. Kilometers ver kan je de Rift Valley in kijken. Masaai Land, met dan ook in de verte twee typisch Masaai dorpen omheind met struiken. Kleine mzungu boulderend op de Valley floor en daarachter in typisch roodgewade masaai’s lopend met hun kudde.
Ik besef me dat in zeer korte tijd een hele hoop dromen werkelijkheid worden. Doelen worden verwezenlijkt. Van alles wat ik op middel lang termijn wilde berijken wordt binnen 1.5 maand berijkt. En deze klim lijkt daar een metafoor voor. Het klinkt misschien allemaal een beetje metafysisch(, maar je staat daarboven dan ook een uur om je heen te dromen terwijl in dit geval een spanjaard langzaam en zeer moeizaam ook zijn weg omhoog probeert te vinden.) ... metafoor: deze ontzettend vastberade klim via een onbekende weg naar een nog (on)bekend doel waarvan ik wel wist dat ik het wilde berijken. Je weet niet zeker of je het kan en je hebt geen 100% zekerheid, maar er is een ontzettende drang dit onbekende te onderzoeken en veilig te stellen. Ondanks dat dingen je (tot opzekere hoogte) onbekend zijn kan je zeker weten dat je het wilt berijken en met een hele hoop inzet en consentratie blijk je ver te kunnen komen.
Uiteindelijk wordt ik uit mijn metafysisch toestand gerukt -als die spanjaard voor de zoveelste keer in mijn zelf verzonnen zekering valt en ik hem uiteindelijk bijna omhoog moet takelen- en zo beland ik weer, hangend in mijn gordel, met beide blote voeten op deze 45 meter hoge richel.
Toen ik een behoorlijk wat tijd en gekloot later – die gast had een deel van het matriaal laten hangen in de rots omdat ie te moe was het los te halen, grrr - beneden aan kwam bedacht ik dat dit ‘the most insane thing’ was dat ik tot nu toe heb gedaan (in mijn leven), nogmaals typerend voor al het moois, onbekends, geks, moeilijks, vreemds, leuks en liefs dat ik hier in de hoorn van Afrika mee maak. Nouja.... zo voelt het allemaal op dit moment, een aantal uur later als ik uitgeput en al lig op mijn enigsinds doorgezakte bed met op de achtergrond ‘mijn’ Keniaanse, nog steeds oververzorgende, koppel. (haha... toen ik gesloopt thuis kwam was mijn was opgehangen en mijn kamer schoongemaakt..... dat zou mijn moeder niet eens meer in haar hoofd halen (en terecht), maar ik kon het wel ff warderen)
Tja je moet misschien wel een beetje een climbofiel wezen wil dit verhaal enige sense maken (de line tussen engels en nederlands begint een beetje te bluren) Maar hopelijk spreekt het je aan.
Op naar het volgende avontuur, ik mag het hier wel ;-)
Kort update: Ik zet het nu maandag middag op het internet. Mijn knieen branden en vanochtend heel stijf en netjes genetwerkt in een ander 5 sterren hotel, het Intercontinantal. Heb nu haast, want ik kwam aldaar een man uit Uganda tegen die ik niet verwachte te kunnen interviewen, Kampala is toch een beetje ver weg, maar nu dat hij toch in Nairobi is, zal het interview opeens morgen plaats vinden...... ff snel voorbereiden. Daarnaast ook nog een interview met een professor gestrikt, waarvan me zij dat ik haar niet zou berijken... bingo! En ik had sowieso al een afspraak/interview voor wo, do en vrij staan......
En oja.... wat betreft het verhaal hierboven, er zijn nog veel gekkere, onbekende, moeilijkere en mooiere routes op deze planet en ook daarvoor blijft de metafor staan...... doel gerealiseerd: nieuw doel wordt gezet. Er is nog genoeg onbekends..... er is nog genoeg te doen en mee te maken.
Ik had al twee weken niet gesport (hoewel het fietsen van afgelopen week dicht in de buurt van (top)sport kwam) en dan valt boulderen enorm zwaar op je lichaam. Er liggen hier ongeveer 20 mooie blokken aan de voet van een kilometers lange soms 50 meter hoge rots wand. Maar goed ik zal niet te veel in detail treden over alle harde boulder bewegingen, maar we hebben meer dan de helft van de dag besteed aan 1 misschien 10 beweging tellende bouder. Uiteindelijk is dit pracht probleem me net niet gelukt, erik wel en schatte dat het een 7a boulder zou zijn. Anyways ik was totaal gesloopt, ik had nog amper huid op mijn vingertoppen en ik was ’s avonds geestelijk en lichaamlijk helemaal leeg (wat echt verukkelijk was) om vervolgens de volgende ochtend doodleuk naar dezelfde plek terug te keren!!!!
Haha, dit keer met 15 mensen van de MCK. Mijn vingertoppen snapte het niet meer en bouderen ging moeizaam, maar dit maal had Erik al zijn klimspullen bij zich, alleen was hij zelf (ook) te moe om die, naar later bleek 45 meter hoge crack in te gaan. Maar er was een slecht engels sprekende Itiliaans uitziende spanjaard die wel met me mee wilden. Later bleken er wel meer mensen willen te klimmen, maar niemand durfde voor te klimmen, hetgeen geheel traditioneel (zelf) gezekerd moest gebeuren. Vol ongeremd vertrouwen ging ik de crack (die ik aanvankelijk 5b/c schatte) in, met god mag weten hoeveel kilo aan matrial. Het volgende uur (iemands anders schatting, want mijn besef van tijd verdween) waren de meest geconcetreerde sinds ... tja sinds wanneer eigenlijk?. Mijn hele wereld speelde zich in deze scheur af. Continu afvragend waar ik mijn voeten zet, waar me handen heen moeten en vooral hoe ik nutjes en friends plaats zodanig dat ik bij een eventuele val ook nog in leven blijf. Een dergelijke bekliming had ik nog nooit gedaan en het vergde daadwerkelijk al mijn mentale en lichamelijke energie. De route werd hier en daar harder dan ik dacht en ik moest met die langsamerhand overgevoelige vingertoppen alles geven wat ik had. (dat ze echt overgevoelig waren merkte ik pas later op) Ik denk dat de route 6a was, maar het is moeilijk te beoordelen, aangezien het continu zelf zekeringen leggen en jezelf in veiligheid brengen de perceptie van die moeilijkheidsgraad doet vervagen. Kompleet leeg kom ik boven en kijk in voor het eerst achter me. Kilometers ver kan je de Rift Valley in kijken. Masaai Land, met dan ook in de verte twee typisch Masaai dorpen omheind met struiken. Kleine mzungu boulderend op de Valley floor en daarachter in typisch roodgewade masaai’s lopend met hun kudde.
Ik besef me dat in zeer korte tijd een hele hoop dromen werkelijkheid worden. Doelen worden verwezenlijkt. Van alles wat ik op middel lang termijn wilde berijken wordt binnen 1.5 maand berijkt. En deze klim lijkt daar een metafoor voor. Het klinkt misschien allemaal een beetje metafysisch(, maar je staat daarboven dan ook een uur om je heen te dromen terwijl in dit geval een spanjaard langzaam en zeer moeizaam ook zijn weg omhoog probeert te vinden.) ... metafoor: deze ontzettend vastberade klim via een onbekende weg naar een nog (on)bekend doel waarvan ik wel wist dat ik het wilde berijken. Je weet niet zeker of je het kan en je hebt geen 100% zekerheid, maar er is een ontzettende drang dit onbekende te onderzoeken en veilig te stellen. Ondanks dat dingen je (tot opzekere hoogte) onbekend zijn kan je zeker weten dat je het wilt berijken en met een hele hoop inzet en consentratie blijk je ver te kunnen komen.
Uiteindelijk wordt ik uit mijn metafysisch toestand gerukt -als die spanjaard voor de zoveelste keer in mijn zelf verzonnen zekering valt en ik hem uiteindelijk bijna omhoog moet takelen- en zo beland ik weer, hangend in mijn gordel, met beide blote voeten op deze 45 meter hoge richel.
Toen ik een behoorlijk wat tijd en gekloot later – die gast had een deel van het matriaal laten hangen in de rots omdat ie te moe was het los te halen, grrr - beneden aan kwam bedacht ik dat dit ‘the most insane thing’ was dat ik tot nu toe heb gedaan (in mijn leven), nogmaals typerend voor al het moois, onbekends, geks, moeilijks, vreemds, leuks en liefs dat ik hier in de hoorn van Afrika mee maak. Nouja.... zo voelt het allemaal op dit moment, een aantal uur later als ik uitgeput en al lig op mijn enigsinds doorgezakte bed met op de achtergrond ‘mijn’ Keniaanse, nog steeds oververzorgende, koppel. (haha... toen ik gesloopt thuis kwam was mijn was opgehangen en mijn kamer schoongemaakt..... dat zou mijn moeder niet eens meer in haar hoofd halen (en terecht), maar ik kon het wel ff warderen)
Tja je moet misschien wel een beetje een climbofiel wezen wil dit verhaal enige sense maken (de line tussen engels en nederlands begint een beetje te bluren) Maar hopelijk spreekt het je aan.
Op naar het volgende avontuur, ik mag het hier wel ;-)
Kort update: Ik zet het nu maandag middag op het internet. Mijn knieen branden en vanochtend heel stijf en netjes genetwerkt in een ander 5 sterren hotel, het Intercontinantal. Heb nu haast, want ik kwam aldaar een man uit Uganda tegen die ik niet verwachte te kunnen interviewen, Kampala is toch een beetje ver weg, maar nu dat hij toch in Nairobi is, zal het interview opeens morgen plaats vinden...... ff snel voorbereiden. Daarnaast ook nog een interview met een professor gestrikt, waarvan me zij dat ik haar niet zou berijken... bingo! En ik had sowieso al een afspraak/interview voor wo, do en vrij staan......
En oja.... wat betreft het verhaal hierboven, er zijn nog veel gekkere, onbekende, moeilijkere en mooiere routes op deze planet en ook daarvoor blijft de metafor staan...... doel gerealiseerd: nieuw doel wordt gezet. Er is nog genoeg onbekends..... er is nog genoeg te doen en mee te maken.
donderdag, juli 07, 2005
Echt Afrika!!!!!!!!!
Whiehoe......
Hoe mooi kan het leven zijn?! De laatste dagen zoveel gedaan en meegemaakt dat ik weer geen tijd had het te delen/te verwerken, maar bij deze een poging alvorens ik al het moois weer vergeet.
Vrijdagavond sta ik met Andrew en Hellen op het vliegveld te wachten op Elske’s aankomst in Afrika. Het was voor mij apart om weer op het vliegveld te zijn, omdat je dan opeens alles zo ontzettend anders meemaakt ten opzicht van de eerste keer, wanneer je onwennig om je heen kijkt en continu moet reageren op mensen en andere indrukken die aandacht van je vragen. En aangezien het even duurde voordat Elske haar visum geregeld kreeg, iedereen uit dat vliegtuig was al de luchthaven al uit, had ik de tijd om eens rustig de boel te inspecteren. Dit is opzich niet heel boeiend, intressanter is de zaterdag. Na uiteraard een zeer hartig welkom bij Andrew en Hellen, Elske voelde zich ook meteen thuis, zoals iedereen die hier binnen stapt, vertrokken we ’s ochtens naar Naivasha om daar over te stappen naar de Fishermans camp dat tussen Lake Naivasha en Hell’s Gate ligt. Dit was easy going matatu hoppen en bij de camping aangekomen kozen we voor het topcamp, wat misschien niet direct aan het meer lag, maar misschien wel iets betere fasciliteiten had. Dit bleek een zeer goede keus want de banda (Iets van beschutting waar binnen je kan slapen. Een tent van beton/hout en of golfplaat zegmaar), waar we in wilde slapen was bijna geen banda meer een net vakantie huisje met een soort varanda incl. tafel en stoelen, licht, stopcontact, stromend (niet drinkbaar) water en twee prima bedden. Het uitzcht was magistraal. Het topcamp was immer op een heuvel gebouwd hetgeen een prachtig uitzicht gaf over het meer en in de verte de heuvels van Aberdare National Park, zonder last te hebben van iets van beschaving. (oke als je erg ver naar links of rechts keek zag je kassen voor onze nederlandse bloemen) Zelfs de ‘camping’ meer een mini vakantie park met vijf banda’s en drie cottages, was de rust zelfe aangezien we op een ander bezet huisje, waar we geen last van hadden, de enige waren. En zodoende dus ’s avonds heerlijk rustig onder de Afrikaanse sterren hemel om ons kampvuurtje zaten en afvroegen welke baan de maan beschrijft om de aarde? (Iemand een antwoord?) Typisch?!
Zondag werd het fietsen naar de Green krater lake aan de rand van het meer, dat in een klein park lag. De fietstoch werd een beetje afzien en ondanks dat de landschap steeds typischer Afrikaanse savanne werd was er maar weinig exotisch waar te nemen behalve koeien en schapen (oja drie dromedarissen?!.... en oja2, een hele groep rustig in de boom zittende vervet apen) Maar dat werd anders in het park. We waren de gate nog niet door en daar stonden de eerste zebra’s ons (on)rustig aan te staren. Het waren Gravy’s Zebra’s, te herkennen door hun dicht bestreping en grote oren. Maar voordat we ons dat konde realizeren hobbelde er in slomotian (ze kunnen niet anders) een giraffe langs. Hai, dat begint er meer op te lijken en zo bevonden we ons al fietsend tussen meer en meer giraffen, zebra’s (die zich beide tot bijna 10 meter laten naderen) en gazelles en/of antillope en/of bokken en/of herten. Het meer gaf later ook een prachtig gezicht, zeker gezien de groep flamingo’s die er rustg rond baden. Sowieso zijn alle kleuren/soorten en maten vogels hier zeer indrukkenwekkend, maar helaas voor mij nog weinig qua naam herkenbaar. Na gelunched te hebben op een rots die uitkeek over de krater en vervolgens ook de krater ingelopen te hebben zetten we onze koers voort naar het hippo-point. Zo’n gevaarlijk nijlpaard spotten, was het niet dat de tot dan toe aardig werkende mountainbike (zeker gezien mijn recente ervaring) het noodzakelijk vond om zijn versnelling zo vast te laten lopen dat ie net niet geheel afbrak, maar wel kompleet omboog en vast liep. Uhm.... het is toch gauw 17 kilo lopen en over 2 uur wordt het (stikke) donker. Geen hippo’s en snel terug naar de weg wandelen waar we bijna direct een lift krijgen van een blanke keniaan (tja die bestaan ook sinds de koloniale tijd). Eigenlijk paste het niet want zijn 4WD zat al vol met mensen maar als Elske voorin er bij propte en ik half in de achterbak ging zitten en die fiets vast hielp zou alles in de auto blijven tijdens het rijden. En weet je wat nou grappig is, ik zou raar opkijken als ik iemand half achter uit zo’n ‘pick-up’zie hangen, maar voor kenianen is het normaal dat je op onconventionele wijze in een auto zit. Een vermoeiende maar prachtige afrikaanse dag, maar er stond geen lange nachtrust te wachten, want we wilde weer vroeg op (5.30) om naar Hell’s Gate Nationalpark te gaan.
Helaas geen zonsopgang, ondanks het mooie weer ’s middags komen er ten tijden van zonsop of ondergang steeds wolken tussen ons en die warmte/lichtbron in te staan. Dit maakte onze ochtelijk fiets toch misschien iets minder spectakular en zeker kouder dan verwacht, maar dat waren we al weer snel vergeten, want wat is het daar mooi, heel mooi! Dit park is menigmaal als filmdecor gebruikt voor een typisch afrikaanse-savanne zetting en het is duidelijk waarom. Zebra’s worden bijna normaal en al die springbeestjes zijn moeilijke te herkennen, maar we hebben zeker de Thomson’s Gazelle en een hoop Impala’s gezien. Iets wat leek op de Sable antilope en oja3 gister nog een Gemsbok. Nog een paar andere diersoorten dan: Warthog’s die erg grappig bewegen met die gekken antenne-staartjes van ze, een paar giraffe, een familie buffelo’s waarvan één enkeling ons erg dicht bij vond komen en wij hem (of haar?) ook, Rock Hyrax (ook Dassie genaamd) een soort lelijke brutale ratachtige kavia en uiteraard een niet te onderscheide hoeveelheid aan vogels. Tevens zochten we zonder succes naar een katachtige, maar we vonden slechts net gezette (!) sporen van waarschijnlijk een cheeta of luipaard. Aan het einde van de dag werd de aanwezigheid van luipaarden ook nog eens bevestigd doordat een een onthoofde babi zebra in een boom zagen hangen (en daar was ie niet met eigen kracht gekomen!) Maar voor het einde van de dag eerst nog door een heuzel Canyon gelopen, super mooi, zo’n dunne natuurlijk begroeide ‘steeg’ met hoge muren, waar hier en daar watervalletjes van kokend water naar beneden komen. Op een bepaald moment konden we de canyon naar boven uitklimmen, hetgeen echt een enorm uitzicht gaf van een landschap met een diepe kronkelende scheur er doorheen. En aangezien de dag nog niet over was nog een Massaai dorp bezocht aan de rand van het park hetgeen voor ons als voor hun een hoog aapjes kijk gehalt had. Alles was er erg typisch: de oude mensen met soms grote gaten in hun oren, de jonge kindere, vaak deels ontbloot, de van hout en shit in elkaar gestampte huisjes (die door vrouwen worden gebouwd) en de zelf gemakten sieraden van kraaltjes. Effe denken, elke kleur had zij eigen betekenis:
(donder)blauw: de lucht
(licht)blauw: opvoeding/doceren (niet zozeer in het beroep, maar als kennis overdracht in het algemeen.)
Oranje: kennis
Geel: echte, enorme wijsheid
Wit: vrede
Zwarte: beschreming (voornamelijk tegen magie)
Groen: Pasteur...grasland
Rood: kinderen
Update: En ik had laatste onbewust een ketting gekocht met lichtblauwe en rode steentje...hmmm?!
Uiteindelijk hebben we 10 uur in het park rond gefietst en gelopen en we waren gesloopt. Dinsdag rustig aangedaan, wat gelezen in de zon genoten van de uitzicht en de rust en toen zouden we gaan lunchen in een oudlandhuis wat van oorsprong van een blijkbaar bekende schilder/naturalist genaamd Joy Adamson was. Hahaha... het was iets duurder dan normaal, maar we waande ons dan ook in koloniale sferen, wat was het daar idyllisch. Echt postcard-achtig met een super uitgebreid luchbuffet incl. toetjes buffet met meer lekkers dan ik in tijden gezien had. Tevens hingen er wat Colobusapen met kleintjes in de boom en het was duidelijk waarom..... ze werden in de koloniale tuin – aan het meer - waar wij net ons toetjes aan het nuttige waren, gevoerd. Toen wij op een aantal meter afstand van de apen zaten om de uitzonderlijke kans in close-up me te maken, zag de moeder – met kindje aan haar buik geklamd – dat wij ons desert alleen hadden gelaten en trekt opeens een sprintje vanaf haar bak met afval fruit tussen de hotelgasten door naar onze tafel om ons van een zoesje te ontdoen.....haha.... slim beesie. Dit was een super luxe middag die wij en onze stuitjes na twee dagen mountainbiken wel verdient hadden.
Terug in de matatu naar Naivasha kregen we nog een voorbeeld hoe vroeger die busjes ‘normaliter’ werden gebruikt. Bij het officiele aantal 15 is het al niet ruim in zo’n busje, maar toen we op een gegeven moment 27!!! mensen zitten, hurkend, bukkend, staand, hangend en proppend in het busje telde wisten we niet meer of er nog meer mensen mee gingen, want overal om je heen was lichaam dat het gezichtsveld versperde.
Elske is nu in Eldoret vrijwilligerswerk aan het doen in een opvang tehuis voor kinderen en ik moet weer hard aan de slag want volgende week komen mijn eerste interviews. Het veldwerk mag beginnen. Hopelijk van het weekend lekker veel klimmen, hetgeen ook meteen weer wat rust geeft om al deze indrukken van de afgelopen dagen op een rijtje te zetten.......
’t leven is mooi!!!
Hoe mooi kan het leven zijn?! De laatste dagen zoveel gedaan en meegemaakt dat ik weer geen tijd had het te delen/te verwerken, maar bij deze een poging alvorens ik al het moois weer vergeet.
Vrijdagavond sta ik met Andrew en Hellen op het vliegveld te wachten op Elske’s aankomst in Afrika. Het was voor mij apart om weer op het vliegveld te zijn, omdat je dan opeens alles zo ontzettend anders meemaakt ten opzicht van de eerste keer, wanneer je onwennig om je heen kijkt en continu moet reageren op mensen en andere indrukken die aandacht van je vragen. En aangezien het even duurde voordat Elske haar visum geregeld kreeg, iedereen uit dat vliegtuig was al de luchthaven al uit, had ik de tijd om eens rustig de boel te inspecteren. Dit is opzich niet heel boeiend, intressanter is de zaterdag. Na uiteraard een zeer hartig welkom bij Andrew en Hellen, Elske voelde zich ook meteen thuis, zoals iedereen die hier binnen stapt, vertrokken we ’s ochtens naar Naivasha om daar over te stappen naar de Fishermans camp dat tussen Lake Naivasha en Hell’s Gate ligt. Dit was easy going matatu hoppen en bij de camping aangekomen kozen we voor het topcamp, wat misschien niet direct aan het meer lag, maar misschien wel iets betere fasciliteiten had. Dit bleek een zeer goede keus want de banda (Iets van beschutting waar binnen je kan slapen. Een tent van beton/hout en of golfplaat zegmaar), waar we in wilde slapen was bijna geen banda meer een net vakantie huisje met een soort varanda incl. tafel en stoelen, licht, stopcontact, stromend (niet drinkbaar) water en twee prima bedden. Het uitzcht was magistraal. Het topcamp was immer op een heuvel gebouwd hetgeen een prachtig uitzicht gaf over het meer en in de verte de heuvels van Aberdare National Park, zonder last te hebben van iets van beschaving. (oke als je erg ver naar links of rechts keek zag je kassen voor onze nederlandse bloemen) Zelfs de ‘camping’ meer een mini vakantie park met vijf banda’s en drie cottages, was de rust zelfe aangezien we op een ander bezet huisje, waar we geen last van hadden, de enige waren. En zodoende dus ’s avonds heerlijk rustig onder de Afrikaanse sterren hemel om ons kampvuurtje zaten en afvroegen welke baan de maan beschrijft om de aarde? (Iemand een antwoord?) Typisch?!
Zondag werd het fietsen naar de Green krater lake aan de rand van het meer, dat in een klein park lag. De fietstoch werd een beetje afzien en ondanks dat de landschap steeds typischer Afrikaanse savanne werd was er maar weinig exotisch waar te nemen behalve koeien en schapen (oja drie dromedarissen?!.... en oja2, een hele groep rustig in de boom zittende vervet apen) Maar dat werd anders in het park. We waren de gate nog niet door en daar stonden de eerste zebra’s ons (on)rustig aan te staren. Het waren Gravy’s Zebra’s, te herkennen door hun dicht bestreping en grote oren. Maar voordat we ons dat konde realizeren hobbelde er in slomotian (ze kunnen niet anders) een giraffe langs. Hai, dat begint er meer op te lijken en zo bevonden we ons al fietsend tussen meer en meer giraffen, zebra’s (die zich beide tot bijna 10 meter laten naderen) en gazelles en/of antillope en/of bokken en/of herten. Het meer gaf later ook een prachtig gezicht, zeker gezien de groep flamingo’s die er rustg rond baden. Sowieso zijn alle kleuren/soorten en maten vogels hier zeer indrukkenwekkend, maar helaas voor mij nog weinig qua naam herkenbaar. Na gelunched te hebben op een rots die uitkeek over de krater en vervolgens ook de krater ingelopen te hebben zetten we onze koers voort naar het hippo-point. Zo’n gevaarlijk nijlpaard spotten, was het niet dat de tot dan toe aardig werkende mountainbike (zeker gezien mijn recente ervaring) het noodzakelijk vond om zijn versnelling zo vast te laten lopen dat ie net niet geheel afbrak, maar wel kompleet omboog en vast liep. Uhm.... het is toch gauw 17 kilo lopen en over 2 uur wordt het (stikke) donker. Geen hippo’s en snel terug naar de weg wandelen waar we bijna direct een lift krijgen van een blanke keniaan (tja die bestaan ook sinds de koloniale tijd). Eigenlijk paste het niet want zijn 4WD zat al vol met mensen maar als Elske voorin er bij propte en ik half in de achterbak ging zitten en die fiets vast hielp zou alles in de auto blijven tijdens het rijden. En weet je wat nou grappig is, ik zou raar opkijken als ik iemand half achter uit zo’n ‘pick-up’zie hangen, maar voor kenianen is het normaal dat je op onconventionele wijze in een auto zit. Een vermoeiende maar prachtige afrikaanse dag, maar er stond geen lange nachtrust te wachten, want we wilde weer vroeg op (5.30) om naar Hell’s Gate Nationalpark te gaan.
Helaas geen zonsopgang, ondanks het mooie weer ’s middags komen er ten tijden van zonsop of ondergang steeds wolken tussen ons en die warmte/lichtbron in te staan. Dit maakte onze ochtelijk fiets toch misschien iets minder spectakular en zeker kouder dan verwacht, maar dat waren we al weer snel vergeten, want wat is het daar mooi, heel mooi! Dit park is menigmaal als filmdecor gebruikt voor een typisch afrikaanse-savanne zetting en het is duidelijk waarom. Zebra’s worden bijna normaal en al die springbeestjes zijn moeilijke te herkennen, maar we hebben zeker de Thomson’s Gazelle en een hoop Impala’s gezien. Iets wat leek op de Sable antilope en oja3 gister nog een Gemsbok. Nog een paar andere diersoorten dan: Warthog’s die erg grappig bewegen met die gekken antenne-staartjes van ze, een paar giraffe, een familie buffelo’s waarvan één enkeling ons erg dicht bij vond komen en wij hem (of haar?) ook, Rock Hyrax (ook Dassie genaamd) een soort lelijke brutale ratachtige kavia en uiteraard een niet te onderscheide hoeveelheid aan vogels. Tevens zochten we zonder succes naar een katachtige, maar we vonden slechts net gezette (!) sporen van waarschijnlijk een cheeta of luipaard. Aan het einde van de dag werd de aanwezigheid van luipaarden ook nog eens bevestigd doordat een een onthoofde babi zebra in een boom zagen hangen (en daar was ie niet met eigen kracht gekomen!) Maar voor het einde van de dag eerst nog door een heuzel Canyon gelopen, super mooi, zo’n dunne natuurlijk begroeide ‘steeg’ met hoge muren, waar hier en daar watervalletjes van kokend water naar beneden komen. Op een bepaald moment konden we de canyon naar boven uitklimmen, hetgeen echt een enorm uitzicht gaf van een landschap met een diepe kronkelende scheur er doorheen. En aangezien de dag nog niet over was nog een Massaai dorp bezocht aan de rand van het park hetgeen voor ons als voor hun een hoog aapjes kijk gehalt had. Alles was er erg typisch: de oude mensen met soms grote gaten in hun oren, de jonge kindere, vaak deels ontbloot, de van hout en shit in elkaar gestampte huisjes (die door vrouwen worden gebouwd) en de zelf gemakten sieraden van kraaltjes. Effe denken, elke kleur had zij eigen betekenis:
(donder)blauw: de lucht
(licht)blauw: opvoeding/doceren (niet zozeer in het beroep, maar als kennis overdracht in het algemeen.)
Oranje: kennis
Geel: echte, enorme wijsheid
Wit: vrede
Zwarte: beschreming (voornamelijk tegen magie)
Groen: Pasteur...grasland
Rood: kinderen
Update: En ik had laatste onbewust een ketting gekocht met lichtblauwe en rode steentje...hmmm?!
Uiteindelijk hebben we 10 uur in het park rond gefietst en gelopen en we waren gesloopt. Dinsdag rustig aangedaan, wat gelezen in de zon genoten van de uitzicht en de rust en toen zouden we gaan lunchen in een oudlandhuis wat van oorsprong van een blijkbaar bekende schilder/naturalist genaamd Joy Adamson was. Hahaha... het was iets duurder dan normaal, maar we waande ons dan ook in koloniale sferen, wat was het daar idyllisch. Echt postcard-achtig met een super uitgebreid luchbuffet incl. toetjes buffet met meer lekkers dan ik in tijden gezien had. Tevens hingen er wat Colobusapen met kleintjes in de boom en het was duidelijk waarom..... ze werden in de koloniale tuin – aan het meer - waar wij net ons toetjes aan het nuttige waren, gevoerd. Toen wij op een aantal meter afstand van de apen zaten om de uitzonderlijke kans in close-up me te maken, zag de moeder – met kindje aan haar buik geklamd – dat wij ons desert alleen hadden gelaten en trekt opeens een sprintje vanaf haar bak met afval fruit tussen de hotelgasten door naar onze tafel om ons van een zoesje te ontdoen.....haha.... slim beesie. Dit was een super luxe middag die wij en onze stuitjes na twee dagen mountainbiken wel verdient hadden.
Terug in de matatu naar Naivasha kregen we nog een voorbeeld hoe vroeger die busjes ‘normaliter’ werden gebruikt. Bij het officiele aantal 15 is het al niet ruim in zo’n busje, maar toen we op een gegeven moment 27!!! mensen zitten, hurkend, bukkend, staand, hangend en proppend in het busje telde wisten we niet meer of er nog meer mensen mee gingen, want overal om je heen was lichaam dat het gezichtsveld versperde.
Elske is nu in Eldoret vrijwilligerswerk aan het doen in een opvang tehuis voor kinderen en ik moet weer hard aan de slag want volgende week komen mijn eerste interviews. Het veldwerk mag beginnen. Hopelijk van het weekend lekker veel klimmen, hetgeen ook meteen weer wat rust geeft om al deze indrukken van de afgelopen dagen op een rijtje te zetten.......
’t leven is mooi!!!
Abonneren op:
Posts (Atom)